Als toehoorders passief luisteren, blijven ze gemiddeld maximum 15 tot 20 minuten met hun aandacht bij een presentatie. Zo ontstond het idee om na 20 minuten van spreker te wisselen. Uit onderzoek blijkt nu dat dit een groot misverstand is. Het is niet de spreker die moet wijzigen, maar de passieve modus waarin de deelnemer zit. Hier vind je 10 manieren om dit aan te pakken.
Uit onderzoek blijkt dat volwassen toehoorders ongeveer 3 tot 5 minuten nodig hebben om zich goed te voelen in een leersituatie. Maar na 10 tot 18 minuten passief luisteren dwaalt hun aandacht al af. Naarmate de dag vordert vermindert de duur van die aandachtstermijn tot 4 minuten.
Dat heeft als gevolg dat voor passieve leermethoden zoals luisteren naar een presentatie, de maximale tijd dat volwassenen hun aandacht erbij houden 15 tot 20 minuten bedraagt. Daarna vermindert hun betrokkenheid aanzienlijk en dus ook hun leervermogen. Na 20 minuten de ene spreker vervangen door een andere, verandert hier niets aan. De toeschouwers blijven immers passief luisteren, hun graad van betrokkenheid verandert niet. Ze zitten nog steeds in een passieve leermodus.
Wat wel effect heeft is de leermethode aanpassen van passief luisteren naar actief leren door de toehoorder actief te betrekken. Zo krijg je een hoger niveau van aandacht en meer leerresultaat. Daarom is het beter aan je sprekers te vragen dat ze hun presentatiemomenten beperken tot 15 à 20 minuten en dat zie de afwisselen met methodes die de deelnemers een actieve rol geven in het leerproces. Deze 10 leeractiviteiten hebben dat effect:
1. Case Studies: praktijkcases die de theorie illustreren laten uitwerken door de deelnemers.
2. Korte simulaties: rollenspelletjes waarbij de deelnemers al dan niet geregisseerd werken rond topics.
3. Discussies: deelnemers in groepjes of plenair laten discussiëren over vraagstukken.
4. Spelletjes: een bordspel of kaartspel over de behandelde topics of videogames rond het thema
5. Brainstorming oefeningen: korte brainstormmomenten waarbij de deelnemers ideeën verzamelen rond specifieke topics.
6. Artistieke inhoud: muziek, toneel of visuele kunstwerken ter illustratie
7. Energizers: korte fysieke onderbrekingen, zoals bijvooorbeeld een bal gooien naar elkaar. Wie de bal in handen heeft moet iets vertellen of doen dat betrekking heeft op het onderwerp van de les.
8. Vragenronde: elke deelnemer stelt een vraag.
9. Reflectiemomenten: een uitstekende gelegenheid voor introverte en analytische mensen die nu de tijd krijgen voor een korte pauze om na te denken over wat ze hebben geleerd, een overzichtje te maken met leermomenten en een plan uit te werken om hun leerpunten toe te passen in hun werk.
10. Mini-presentaties of samenvattingen door deelnemers: eventueel aan de hand van een infografiek, scenario’s, Pinterest boards, enz.