Op basis van geaggregeerde registratiedata van 46 vakbeurzen in de periode 2012–2013 heeft N200 een beeld geschetst van het opkomstgedrag van vakbeursbezoekers en een profiel gemaakt van het daadwerkelijke bezoek. In totaal zijn de gegevens geanalyseerd van bijna 500.000 als bezoeker geregistreerde personen en ruim 327.000 bezoekers.
61% van de geregistreerden komt ook daadwerkelijk naar de beurs. De rest ziet er om wat voor reden dan ook toch vanaf. De geregistreerden die daadwerkelijk naar de beurs komen, vormen voor 92% het totale aantal vakbeursbezoekers. De overige 8% zijn de bezoekers die zich on-site hebben geregistreerd.
Kijken we naar het moment van registratie, dan blijkt volgens de analyse van N200, dat hoe eerder de registratie heeft plaatsgevonden hoe lager de opkomst is. Ter vergelijk: van de geregistreerden die zich niet eerder dan 1 week voor de beurs hebben geregistreerd komt 67% ook opdagen. Van de geregistreerden die zich langer dan 3 maanden voor de beurs hebben geregistreerd, komt maar 37% naar de beurs. Verder is gebleken dat personen die zich hebben geregistreerd met behulp van hun sociale media profiel een hogere opkomst laten zien (70%) dan degenen die dat niet hebben gedaan (61%). Registratie via een social media profiel van LinkedIn, Facebook, Google+ of Twitter, is nog zeer bescheiden (1%).
Het moment waarop de bezoeker zich registreert kan eerder laat dan vroeg genoemd worden. Ruim een kwart registreert zich zelfs tijdens de beurs en 16% doet dat op de dag van bezoek (inclusief de 8% die zich on-site heeft geregistreerd). Daarnaast blijkt ruim de helft zich niet langer dan een maand voor de beurs te registreren. Kortom, ongeveer vier op de vijf bezoekers heeft zich niet langer dan een maand voor de beurs geregistreerd.
Geslacht
De opkomst onder mannen is een fractie lager dan onder vrouwen. De verhouding online - on-site registratie is onder mannen en vrouwen gelijk. Uiteindelijk komen er veel meer mannen dan vrouwen naar de vakbeurs, want ongeveer vier op de vijf vakbeursbezoekers zijn van het mannelijke geslacht.
Leeftijd
Hoewel het verschil niet heel groot is, kunnen we toch duidelijk zien dat naarmate de geregistreerde ouder is, de opkomst lager is. Ter vergelijk: van de geregistreerden tot 25 jaar komt 67% ook daadwerkelijk naar de beurs. bij de 55-plussers is dat 56%.
De gemiddelde leeftijd van de vakbeursbezoeker is 42 jaar. Generatie X maakt nog in grote getale de dienst uit op de Nederlandse vakbeurs, want 72% van de bezoekers is 35 jaar of ouder.
Bezoekdag
Bij kortdurende beurzen (1 of 2 dagen) is de opkomst duidelijk lager vergeleken met beurzen die 3 of 4 dagen duren. Dat is te verklaren doordat hoe langer een beurs duurt, des te meer gelegenheid iemand heeft om te komen en dus des te groter de kans dat die persoon ook komt. Verder blijkt dat hoe langer een beurs duurt, des te meer bezoekers zich in verhouding online hebben geregistreerd.
Bij 2- en 3-daagse beurzen wordt doorgaans de eerste dag het best bezocht. Bij 4-daagse beurzen zien we dat het aantal bezoekers toeneemt tot de derde dag en dan weer afneemt. De buitenlandse bezoekers komen veel vaker op de eerste beursdag. Beslissers en niet-beslissers verschillen niet of nauwelijks op dit punt en dat geldt ook voor de sekse en de verschillende leeftijdscategorieën.
Tot slot nog een aantal zaken die bij een veel beperkter aantal vakbeurzen in de registratieformulieren is opgenomen, maar toch interessant genoeg zijn om er hier aandacht aan te besteden.
Informatiebron
Als we kijken naar de wijze waarop geregistreerden op de beurs zijn geattendeerd, dan zien we grote verschillen in opkomst. De opkomst is het hoogst bij die personen die via collega's en/of vakgenoten op de beurs zijn geattendeerd (73%), waarmee de kracht van mond-tot-mondreclame maar weer eens bewezen is. Ook de exposant en het (online) vakblad scoren hoog als het gaat om 'informatiebronnen met hoge opkomst'. Heel laag scoren andere internet pagina's (andere dan vakmedia) en e-mail met respectievelijk 54% en 44% opkomst.
