Vanaf 1 september zal het niet langer verplicht zijn om in Belgische culturele centra anderhalve meter afstand te houden. Er is een akkoord bereikt over 1 meter afstand in Vlaamse zalen voor kunst en cultuur. Dat zegt Leen Laconte van Overleg Kunstenorganisaties. Eerder besliste de Franse gemeenschap al om hetzelfde te doen, waardoor er in Brussel absurde situaties zouden ontstaan zijn als Vlaanderen zich nog aan de anderhalve meter zou houden.
De Franse gemeenschap besliste vorige week om de anderhalvemeterregel vanaf 1 september te schrappen en over te schakelen naar de norm van een meter social distancing tussen bubbels, zowel voor evenementen binnen als buiten. Daardoor kunnen Franstalige cultuurhuizen en culturele centra vanaf volgende week meer toeschouwers ontvangen, aangezien ze minder ruimte moeten vrijhouden.
Maar Nederlandstalige cultuurhuizen, zoals de Ancienne Belgique, zouden zich wel nog aan de anderhalve meter moeten houden, terwijl de officieel Franstalige Botanique, iets verderop in Brussel, dat niet meer zou moeten doen. Aan die absurditeit wordt nu een mouw gepast: ook in Vlaanderen vervalt de anderhalve meter dinsdag.
"Ook virologen hebben ingestemd met deze versoepeling", zegt Leen Laconte. Volgens haar is dit akkoord een goede zaak voor de hele sector. "Zo komen er meer plaatsen vrij in de zalen en kunnen de mensen nog steeds op een veilige manier genieten van de voorstellingen." In de praktijk zullen veel cultuurcentra nu nog slechts één stoel tussen toeschouwers of groepjes toeschouwers moeten laten, in plaats van twee.
Tegelijkertijd blijft wel de maximumlimiet voor toeschouwers op evenementen: vanaf 1 september ligt die op maximaal 200 bezoekers binnen, tenzij lokale besturen een hogere limiet toelaten.
"Nodig om sector zuurstof te geven"
Viroloog Marc Van Ranst zegt dat de aanpassing nodig was om 'de cultuursector zuurstof te geven'. "De sector heeft het lang moeilijk gehad", vertelt Van Ranst aan VTM NIEUWS. "We zien dat het Franstalige landsdeel alsook andere landen dit doen. Wanneer men neerzit en een mondmasker draagt, dan kan dat. Het mondmasker moet dus gedragen worden tijdens de voorstelling."
Van Ranst zegt voorts dat ook "voor sportevenementen buiten men naar één meter kan gaan". "Een deel van de stadions kan dan meer gevuld worden. In het Franstalige landsdeel gebeurt dit ook", luidt het. Vanaf wanneer dit geldt, is niet duidelijk. "Die datum heb ik van de ministers niet doorgekregen", aldus Van Ranst. Een gelijkaardige maatregel voor de horeca ligt momenteel niet op tafel. "Op restaurant en café ga je om te eten en te drinken. Een mondmasker dragen is daar veel moeilijker."
"Eindelijk wat perspectief"
De crisiscel Cultuur is verheugd dat Jambon eveneens een aanbeveling geeft aan burgemeesters om de social distancing in zalen te verlagen. "Deze beslissing biedt onze Vlaamse zalen eindelijk wat perspectief en is een belangrijke stap richting meer leefbaarheid voor de sector", reageert Tom Kestens van de crisiscel.
Toch blijven er volgens Kestens een aantal belangrijke vragen en pijnpunten. "Het blijft absurd om uit te gaan van maximum aantallen als standaardregel. De ene zaal is namelijk de andere niet. Hele grote zalen kunnen perfect op een veilige manier meer mensen ontvangen. Die absurde maximumgrens omzeilen door uitzonderingen toe te staan, leidt tot veel extra overleg, bijkomende rompslomp en vertragingen", benadrukt Kestens.
De uitzonderingen moeten volgens de crisiscel door de poort van twee wachters gaan: het lokale en het Vlaamse niveau. "Het is veel rationeler om uit te gaan van de grootte van de zaal en daarbij een percentage vast te leggen. De cultuursector zelf heeft berekend dat een minimum zaalbezetting van 60 procent perfect veilig is", aldus Kestens.
Uitzonderingen
De Nationale Veiligheidsraad heeft een belangrijke rol toegekend aan de burgemeesters. Het zijn zij die beslissen of een uitzondering al dan niet mogelijk is. "Dat betekent voor onze sector heel wat extra overleg. Bovendien zijn we nooit zeker wie we tegenover ons hebben en wat die persoon belangrijk vindt. Dit zet de deur open naar willekeur. Wat in de ene stad niet kan, kan in de andere misschien wel. Dat is nefast voor de huizen en verwarrend voor het publiek", legt Kestens uit.
De cultuursector blijft herhalen dat haar strengere maatregelen worden opgelegd dan aan andere sectoren. "Zolang er maximale aantallen opgelegd blijven, schept dat verwarring bij onze bezoekers en gasten. Wij blijven ijveren voor een gelijkwaardige behandeling van sectoren, verzoend met hetgeen nodig is om de verspreiding van het coronavirus tegen te houden."
Jan Van Esbroek van de Sportpaleis Group is blij met de versoepeling. "De social distancing wordt beperkt tot 1 meter. We moeten niet telkens een rij leeg laten. Dat maakt een groot verschil met de situatie voorheen: toen haalden we maximaal 23 procent bezettingsgraad. Deze versoepeling levert een bezetting op van 70 à 75 procent." Het is volgens Van Esbroeck nog niet ideaal. "De afspraken zijn beperkt tot een zittend publiek (geen staanplaatsen) en de beperking is natuurlijk nog steeds ruim een kwart van onze normale mogelijkheden."